De hobo is gemaakt van ebbenhout. Dat is zwart, keihard hout en gaat eeuwen mee. Het rietje hoort op de hobo. Het is – zeg maar – het apparaatje dat trilt. En als dat trilt dan gaat de lucht in de hobo trillen en dat geeft de specifieke hobo-klank. De rietjes moet je zelf maken. Ik noem het altijd de Fröbel-klas. Je maakt het namelijk uit een stukje bamboe, dat je heel dun maakt en op een pijpje vastmaakt met eenstukje touw en dan heel dun schaaft. Zó dun dat het heel goed gaat trillen. Het zijn dus twee blaadjes hout die op elkaar trillen.
Vroeger had de hobo helemaal geen kleppen, maar omdat de hobo tegenwoordig veel hoger en veel lager moet, hebben ze allerlei kleppen verzonnen om dat voor elkaar te krijgen. Omdat je met je pink niet zo laag kan; bij de onderkanbt van het instrument, daarom hebben ze er een stangetje aan de klep gemaakt. Je kunt de buis verlengen door alle gaten dicht te maken, dan wordt ie lager. Hoe meer kleppen je open laat, hoe korter de buis wordt.
De hobo heeft een heel helder geluid. Daarom wordt op de A van de hobo gestemd, omdat iedereen dat in het orkest heel goed kan horen. ouwd worden als de voorloper van de hobo. Deze dubbelrietinstrumenten hadden een belangrijk aandeel in de muziek van de Middeleeuwen (500-1430).
Vermoedelijk was het de Fransman Jean Hotteterre die in 1660 de hobo uitvond. De naam ‘hobo’ is een verbastering van het Franse woord hautbois, dat letterlijk ‘hoog hout’ betekent en een aanduiding was voor de hoger gestemde schalmeien. In de 19e eeuw ontwierpen instrumentbouwers voor de hobo een kleppensysteem dat voor een groot deel was gebaseerd op de door Böhm ontworpen fluit. Tegenwoordig zijn de meeste hobo’s gebouwd volgens het Böhm-systeem.
De hobofamilie bestaat uit de hobo in C (de meest gangbare), de oboe d’Amore in A, de althobo in F (ook wel Engelse hoorn genoemd) en de baritonhobo in C. In het harmonieorkest speelt de hobo solo’s en kleurt verder met de andere houtblazers. Het is het hoogst gestemde dubbelrietinstrument.
Carl Philipp Emmanuel Bach, Beethoven, Mahler, Richard Strauss en Ralph Vaughan Williams zijn belangrijke componisten die voor de hobo geschreven hebben. Beroemde hoboïsten zijn Heinz Holliger, Pauline Oostenrijk en Han de Vries.